Wat zeg je tegen iemand die terugkomt van de Omra?

De terugkeer van de Omra is een ontroerend moment voor de pelgrims en hun naasten. Een ware explosie van vreugde en geluk is te zien in ieders ogen bij de hereniging. Als naaste wacht men meestal vol ongeduld in de aankomsthal op de luchthaven tot iemand zegt: « Ze komen eraan! Ze komen eraan! » En wat zeg je dan?!

Wat zeg je tegen iemand die terugkomt van de Omra?

Er bestaat in werkelijkheid geen officiële formulering. Maar u kunt de persoon die terugkeert van de Omra als volgt feliciteren:

Omra Maqboula: Moge God je Omra accepteren!

Mabrouk: Gefeliciteerd

Maar bovenal, en voorbij de woorden, weet dat uw aanwezigheid, uw glimlach en uw warme welkom de persoon werkelijk zullen raken.

Iemand die terugkomt van de Omra, komt terug met een verhaal vol spiritualiteit en ontdekkingen. Eenmaal thuis, rond een maaltijd, vraag hem/haar over de reis te vertellen. Daar ligt een echte rijkdom.

Pelgrims vragen hun verblijf in Mekka en Medina te vertellen is een manier om u bewust te worden van de spirituele diepgang van deze reis. Wees nieuwsgierig — op de goede manier.

Vraag hem/haar wat het meest ontroerende moment was?

Welke tips hij/zij zou geven aan degenen die nog niet zijn geweest?

Of wat hij/zij van deze reis onthoudt?

U zult merken dat de antwoorden uw hart voeden met de liefde voor God en met het verlangen om ook zelf naar Mekka en Medina te gaan.

De terugkeer van de Omra: een moment om de banden te herstellen

In de meeste families bestaan spanningen om uiteenlopende en meer of minder belangrijke redenen. Dit moment is een gelegenheid om te verzoenen, onze gedeelde verantwoordelijkheid te erkennen en de familiale banden te herstellen. Dat hoort eigenlijk vóór vertrek, maar eens terug is het goed om het te herinneren om samen de draad op te pakken. Dit geldt ook voor vriendschapsrelaties.

Er is een film in die zin die prachtig en ontroerend is: Le Grand Voyage! Het is het verhaal van een zoon die zijn vader met de auto tot in Mekka moet rijden voor diens Hadj. De zoon, Reda, is ver van de praktijk verwijderd en begrijpt niet waarom zijn vader deze reis maakt, noch waarom hij er niet het vliegtuig voor heeft genomen. De relatie tussen hen is gespannen, maar gaandeweg verbetert die en begrijpt Reda wat deze reis voor zijn vader betekent.